Filtrer
Éditeurs
Langues
Formats
Dupuis
-
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. Deze integrale bevat de eerste
drie albums: Het wrak en de miljoenen, Koude oorlog en Groetjes uit
de 7de hemel. -
Wat blijft er over van onze individuele vrijheid, meer dan dertig
jaar na de nachtmerrie die Orwell ons beloofde in 1984? Welk belang
dienen regeringen als ze een norm opleggen om eenieders geluk te
regelen? Griffo en Desberg tonen hoe hun personages omgaan met de
dwingende wetten die zogenaamd dienen om het algemene welzijn te
verzekeren, het welzijn dat norm geworden is. Aan de hand van zes
levens schilderen de auteurs zes onrechten, zes gevechten, zes
sprankjes hoop, met een steeds scherpere, steeds killere intensiteit.
Toegang tot zorg, discriminatie op basis van ras, werkgelegenheid en
deugd als drukmiddel, het vervalsen van de geschiedenis, de almacht
van het huwelijk en de rol van de man ... Desberg ontleedt een
veelheid aan onderwerpen om de ergste grillen naar voren te brengen.
Hij stelt zich luidop vragen bij de onrechtvaardige maar
alomtegenwoordige wetten die het individuele streven, de individuele
ambitie onderdrukken. Het huiveringwekkende vervolg van het nieuwe
seizoen van SOS Geluk. Een bloedstollend verhaal. -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
421, één van onze beste agenten, heeft de terroristenbende ontmanteld
in de zaak van De koude Oorlog en hij heeft ons het
rakettenafweersysteem van de Chinezen in handen gespeeld. Hij heeft
het opgenomen tegen generaal Falco en zijn gijzelaars in het Nabije
Oosten. En toch vertrouw ik hem niet. Pas sinds kort. Na het
overlijden van 421s vader werd een routineonderzoek ingesteld waarbij
aan het licht kwam dan in het leven van agent 421 een hiaat van vier
à vijf jaar zit. -
Dit is het slot van de integrale uitgave van de avonturen van 421, de
o zo Britse spion van Maltaite en Desberg. De ideale gelegenheid om
onweerstaanbaar gedurfde verhalen te herontdekken, tussen realisme en
humor, voor de hele familie! In 1980 bundelden Maltaite en Desberg
hun talenten en arriveerde de geheim agent met nummer 421 in het
weekblad Robbedoes. 421 was een avonturenreeks vol humor, met een
knipoog naar James Bond en Indiana Jones, en zou de `evolutie' van de
familiestrip naar meer realisme volgen. Een keuze waardoor de reeks
zich zou distantiëren van het weekblad, dat zich opnieuw richtte op
humor. Dankzij deze wending kon 421 echter in vier albums zijn
avonturen voortzetten met verrassende invalshoeken. De laatste
integrale bevat: Falco, Mistige jaren, Morgane angel en De
karlovdrempel -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
1984: in SOS Geluk stellen Griffo en Jean Van Hamme de uitwassen aan
de kaak van een maatschappij die de individuele vrijheden bedreigt.
Het resultaat krijgt vorm in drie albums in de collectie Vrije
Vlucht. Meer dan dertig jaar later stelt diezelfde Griffo, nu op
scenario van Stephen Desberg, vast dat de Westerse maatschappij meer
en meer wegglijdt naar een totalitair regime. "Een beetje alsof de
ideeën van de Franse relschopper Eric Zemmour de macht hebben
gegrepen", preciseert Desberg. SOS Geluk, anno 2017, is een nieuwe
saga in twee delen over het lot van mensen die geconfronteerd worden
met repressie en honger naar vrijheid. -
Voorgaand verhaal in de reeks, dat enkel verscheen in de
`Debuut'-reeks van Dupuis. -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
In de equatoriale jungle van Kameroen wordt een Britse geologe door
een Cubaans commando ontvoerd. Ze heet Diana Mc Namara. De Britse
geheime dienst kampt met belangrijke budgettaire problemen maar
ontdekt dat ook Libië op één of andere geheimzinnige reden interesse
heeft voor de vrouw. Ze besluiten langs die weg te proberen de vrouw
terug te krijgen. Voor 421 moet het toch een makkie zijn zich te
laten engageren door de Libiërs, te laten indelen bij een groep
terroristen in de woestijn en zich uiteindelijk te laten droppen in
de Afrikaanse jungle boven de Cubanen die op Kongolees grondgebied
zitten ... -
Tweede bundeling van deze James Bond 2.0. In 1980 verscheen in het
weekblad Robbedoes het eerste avontuur van Jimmy Plant, de geheim
agent met nummer 421 (Het wrak en de miljoenen). Voor dat album
werden de talenten van Éric Maltaite (voor het tekenwerk) en Stephen
Desberg (voor het scenario) gebundeld. De verbazingwekkende avonturen
van 421 zaten aanvankelijk ergens tussen James Bond en Indiana Jones
in en balanceerden op het randje van opzettelijke parodie. Maar toen
de strip, die voor alle doelgroepen was bedoeld, dichter bij de
werkelijkheid kwam te staan, onderging 421 een verbazingwekkende
gedaanteverwisseling. Die kwam er dankzij verhalen als Operatie
zelfmoord (1984), Het eeuwige rijk (1985), maar vooral Scotch malaria
(1986) en Een gril van het lot (1987). Die albums sneden de
actualiteit aan in een gewaagde dystopische alternatieve realiteit. -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
1980, een nieuwe reeks verscheen in het weekblad Robbedoes. Éric
Maltaite, de zoon van Will, was verantwoordelijk voor de tekeningen;
Stephen Desberg, die al met zijn vader samenwerkte, was
verantwoordelijk voor het scenario. De nieuwe reeks heette 421, met
in de hoofdrol een geheim agent, en was een kind van haar tijd. De
auteurs lieten zich sterk door de James Bond-saga inspireren. Licht,
eigenzinnig en heel Brits, markeert ze de eerste stappen in de
stripwereld van twee grote auteurs, die hun grafisch en verhalend
talent vandaag al lang hebben bewezen. -
S.O.S. bonheur - saison 2 Tome 2
Stephen Desberg, Griffo
- Dupuis
- Aire Libre
- 8 Novembre 2019
- 9791034739141
Plus de trente ans après le cauchemar qu'Orwell nous promettait dans 1984, qu'est-il advenu de nos libertés individuelles ? Au profit de qui les gouvernements imposent-ils une norme censée organiser le bonheur de tous ? Griffo et Desberg confrontent leurs personnages à l'obligation de se conformer à ces lois prétendument prévues pour assurer le bien-être collectif, devenu une norme coercitive. En six destins croisés, ce sont six injustices, six combats, six flammes d'espoir que les auteurs mettent au jour, avec une acuité toujours plus fine et plus glaçante. L'accès aux soins, les discriminations raciales, le chantage à l'emploi et à la vertu, la suppression de l'Histoire et le refus de la mémoire, la toute-puissance matrimoniale et le rôle de l'homme... Autant de sujets que Desberg décortique pour en faire ressortir les pires travers, en s'interrogeant sur les lois iniques mais omniprésentes qui étouffent l'aspiration et l'ambition individuelle.
-
Billy the cat ; intégrale Tome 1 ; 1981-1994
Stephen Desberg, Stéphane Colman
- Dupuis
- 31 Octobre 2014
- 9782800180182
Stéphan Colman et Stephen Desberg font faire ses premiers pas à Billy the Cat dans Le journal de Spirou en 1981. Le premier album, "Dans la peau d'un chat" rencontre immédiatement un vif succès public et critique. Les deux épisodes suivants, "Le destin de Pirmin" et "L'été du secret", confirment le succès de cette bande dessinée hors norme, qui aborde des thèmes plutôt inhabituels pour de la BD jeunesse.
Avant d'être un chat, en effet, Billy était un petit garçon insupportable, méchant avec ses proches comme avec les animaux. Tué dans un accident de voiture, il se voit refuser l'entrée au paradis, mais une seconde chance lui est accordée : celle de revenir sur terre sous la forme d'un chat pour accomplir mille bonnes actions et enfin, trouver le repos. Devenu un petit chat jaune à rayures noires, il va faire l'apprentissage de l'altruisme et de la bienveillance dans un monde où, s'il se fait de nouveaux amis, il se trouve aussi confronté à de terribles adversaires.
Imaginé par Stephen Desberg et Stéphan Colman, Billy the Cat combine humour et aventure avec des thématiques graves (la mort, le pardon, la culpabilité, l'expérimentation animale...). La présente intégrale permet de (re)découvrir ces trois premiers récits (période 1981-1994), dont Didier Pasamonik rappelle la genèse et le contexte de création à travers le parcours de Stéphan Colman. -
Billy the cat ; intégrale Tome 2 ; 1995-1999
Stephen Desberg, Stéphane Colman
- Dupuis
- 13 Novembre 2015
- 9782800180960
À la naissance de Billy the Cat, Stephen Desberg avait pour objectif de créer un univers à la Disney, utilisant des figures animalières pour aborder les sujets qui lui tenaient à coeur : la famille, l'adolescence, l'indépendance. Grâce au trait de Stéphan Colman, Billy, le jeune garçon réincarné en chaton, a très vite conquis son public.
Si l'adaptation en dessin animé, contemporaine des albums de cette intégrale, a pu lisser le personnage, ainsi que le prouve le plus classique Saucisse le Terrible, l'ambition des auteurs de traiter des sujets complexes est restée intacte. L'oeil du maître renoue ainsi avec une ambiance inquiétante et Le choix de Billy évoque la découverte de l'amour dans une atmosphère pourtant sanglante.
Introduite par un dossier de Didier Pasamonik, cette intégrale réunit les derniers épisodes signés par Colman et Desberg. Billy the Cat continuera ensuite sans eux. Jusqu'au bout, pourtant, ils auront su manier tendresse et exigence dans cette série intelligente et drôle, aujourd'hui classique.